Ik ben net terug uit Chartres en Vézelay. Samen met mijn ‘collega’ Vincent voelde ik me daarnaartoe geroepen vanwege onze verbinding met de Heilige Familie, het Heilige Hart, esoterische Mysteriescholen en oude Inwijdingswegen.
De reis bracht ons op oude en nieuwe Inwijdingswegen. Daarop mochten we veel ervaren en inzichten ontvangen, die naadloos aansluiten bij de huidige processen waar velen van ons momenteel doorheen reizen. Dit heeft tot een aantal artikelen geleid, waarvan je vandaag het eerste deel kunt lezen. Reis je mee?
Naar de Kathedraal
In Chartres en Vezelay hadden we hotels zo dicht mogelijk bij de Kathedraal geboekt. We wilden in de energie van de leylijnen kunnen zijn, boven op de heuvels, midden in alle geomantische krachten. Dit soort kerkelijke heiligdommen zijn meestal gebouwd over veel oudere heiligdommen heen. Niet zelden blijken er oorspronkelijk tempels, bronnen, grotten, dolmen en menhirs of andere vormen van verering te zijn (of te zijn geweest) die duizenden jaren oud kunnen zijn.
Waar nu de Kathedraal boven Chartres uittorent, was hier lang geleden een Tempel die aan de Godin Isis en haar zoon Horus gewijd was. Later kwamen de Druïden, hoog Ingewijde Keltische Priesters die heel lang de Moeder hebben vereerd in verbinding met de natuur. Zij beschouwden deze plaats als heilig. Bij de bron op de heuvel vereerden zij een beeld van een vrouw met een donkere huidskleur en een zoon op haar schoot. Deze zwarte Madonna is uiteindelijk in de crypte van de Kathedraal beland.
Gedurende onze reis naar Chartres spraken we over deze Druïden die lang in noord Frankrijk geleefd hebben. Over de Essenen die met hen verbonden waren. Bijvoorbeeld via Jozef van Arimathea, de oom van Yeshua, die met zijn vloot vaak heen en weer voer tussen het Heilige Land, Frankrijk en Groot Brittannië.
Ineens beseften we dat de navigatie in de auto ons naar druk Parijs had geleid (terwijl we er omheen wilden rijden). Toen ik opkeek om te zien of er een herkenningspunt zou zijn, zag ik een bord staan met daarop ‘Pte de Vincennes’. De ‘heilige Vincent’ zou in vele vormen vaker voorbij komen gedurende deze pelgrimstocht. Zo ook de Druïden.
De eerste Druïde
Eenmaal aangekomen in Chartres kreeg Vincent twee kolossale sleutels (één zilver- en één goudkleurige) van de gasteningang op de eerste verdieping van het hotel. Vervolgens vergaapten we ons op de Kathedraal pal tegenover ons. We besloten om via de buitentrap omlaag te gaan; het uitzicht was op een terrasje naast de Kathedraal. Daar zat een opvallende man met lange witte haren en een witte baard te praten met een vrouw. “Kijk”, zeiden we tegen elkaar, “daar heb je al de eerste geïncarneerde Druïde…”
Maar: hij had ons ook gezien. Toen hij zijn vin rouge op had stond hij op, liep naar ons tafeltje, keek Vincent aan en zei (in het Frans):
“Ik hoop dat u het niet verkeerd opvat mijnheer, maar ik moet zeggen dat de vrouw aan uw tafel een heel interessante energie heeft. U straalt beiden iets uit dat me aanspreekt. Ik moet u dit gewoon zeggen, ik weet ook niet waarom…” Waarna hij zijn arm om zijn vrouw heen legde en wegliep.
Het waren de sleutels van de apostel Petrus en de stem van de Druïde die deze pelgrimstocht voor ons in Frankrijk openden. Maar dat zouden we pas later begrijpen.
De Notre-Dame van Chartres
Chartres verraste ons. Het was er zo rustig en lieflijk! Een heerlijke energie kwam ons tegemoet vanuit de Kathedraal. Eenmaal binnen zag ik meteen het wereldberoemde Labyrint; ooit ingewijd door nazaten van de Heilige Familie. Nu is het grotendeels bedekt met rijen stoelen voor de kerkgangers; alleen op vrijdag kun je het Labyrint lopen.
Ik ging in het vrije hart op het middenpad staan en voelde hoe de energie meteen rechtsom door me heen begon te draaien. Het raakte me en het was alsof ik bijna uit mijn fysieke lichaam gestuwd werd. Dat voelde zo bekend! Ook al was dit onze eerste bezoek aan Chartres voor dit leven; het was zeker niet de eerste keer dat we hier voelend aanwezig waren.
We bewonderden de bijna duizend jaar oude glas-in-loodramen, met name het prachtige blauw dat echt hemels straalt, en het rood dat op levend bloed lijkt. Inderdaad zijn hier alchemistische processen gebruikt die deze unieke kleuren veroorzaakt hebben. Bijna duizend jaar lang zijn er allerlei experts geïntrigeerd geweest door deze kleuren! Maar niemand was tot in het begin van de vorige eeuw in staat om ze na te maken.
Mysterieus wit poeder
Het zijn niet alleen het pigment en de verf die het geheim bewaren. Deze oude ramen zijn bedekt met een mysterieus wit poeder. Een substantie die alleen dan gemanifesteerd kan worden wanneer iemand volledig één is met de allerhoogste dimensies. Het voelt alsof het witte poeder via de pijnappelklier gemanifesteerd kan worden. Je zou kunnen zeggen dat de poeder de verstoffelijkte glorie van het Goddelijke vertegenwoordigt. In Egypte heeft men ook een soortgelijk wit poeder aangetroffen, o.a. in de Koningskamer van de Cheops Piramide.
Onder de bouwmeesters van de Kathedraal waren hoge Ingewijden. Zij pasten niet alleen hun kennis van de heilige geometrie toe, maar voegden overal symbolen toe die de mensen in dit Godshuis op aarde zouden herinneren aan hun hogere afkomst.
Zij waren lid van esoterische Ordes die in het verborgene de geheime kennis toch levend beschikbaar wilden houden. Voornamelijk voor diegenen die er vanuit hun hogere bewustzijn verbinding mee konden maken. En nog steeds zijn er geheime, heilige Ordes die weet hebben van deze alchemistische processen van de glas-in-loodramen van Chartres…
De omslagdoek van moeder Maria
In het oudste deel van de Kathedraal, die bekend staat als the Virgin’s Seat on earth (de Zetel van de Maagd op Aarde), kun je nog de devotie voelen van hen die wisten dat er een ‘Maagd zou komen die een Hemelse Koning zou baren’. Destijds leefden de hogepriesters van de Druïden in Gaulle (het oude Frankrijk). Zij wisten innerlijk dat er een hoog Ingewijde vrouw op aarde zou komen. Dit is onder andere terug te vinden in de oude Keltische Mythologie, en wij kennen haar als Moeder Maria.
Misschien dat daarom ook hier een zeer kostbare relikwie aanwezig is van de Heilige Familie. Dit is ‘The Virgin’s Veil’ – de Sluier van de Maagd. Deze relikwie is een deel van een witte, zijden omslagdoek die Moeder Maria gedragen schijnt te hebben tijdens de geboorte van Yeshua. Ook wordt er gezegd dat deze doek later door volgende generaties van de Heilige Familie is gebruikt. Wij denken vooral tijdens speciale momenten, zoals bij de doop van de kinderen en kleinkinderen van Yeshua en Maria Magdalena.
De doek is altijd beschermd gebleven binnen de Heilige Familie, die verbonden was met de Druïden, Katharen en Tempeliers, en later met het Franse koningshuis. Via Karel de Grote is het doek in de negende eeuw vanuit Aachen (waar ook zo’n grote Kathedraal is gebouwd op een heel oud heiligdom) naar Chartres gekomen.
Wanneer Franse Koninginnen zwanger waren, werd hen een kleed geschonken dat in aanraking was geweest met deze doek van Maria. Dat was als een zegen voor hun zwangerschap en het kind dat geboren zou worden.
Adembenemende relikwie
We werden enorm door deze doek aangetrokken! En niet zo zeer vanwege het verhaal, want inmiddels zijn we wel wijzer om zo maar alles te geloven wat er geschreven staat over relikwieën. Niet zelden blijkt een zogenaamde relikwie fake te zijn. De kerk maakt er echter dankbaar gebruik van, als lokmiddel voor vele goedgelovige pelgrims die ook veel geld in het laatje brengen.
Maar we werden meteen ‘betoverd’ door de speciale uitstraling en de grootse energie die dit kleine stukje zijden doek teweeg brengt. Het is zo prachtig (en heel bewust) verpakt in een gouden huis, waar bovenop de Franse Lelie staat te prijken. Deze lelie is het symbool van de nakomelingen van Yeshua en Maria Magdalena. De energie danste er omheen, vervuld van een opmerkelijke zachtheid en liefde!
Toen ik de camera op mijn mobiel inzoomde, zag ik één groot adembenemend spel van lichtgevende atomen die rondom deze zijden relikwie dansten. Boven het hekwerk die deze vitrine beschermt, staat met krulletters geschreven: “Au Coeur de Marie” (In het Hart van Maria). En dat was voelbaar, de immense liefde van haar hart op deze plek…
Op beide dagen zijn we hier naar terug gegaan, om tegenover de vitrine met het doek te mediteren en ons met de energie te verbinden. In de crypte staat ook nog een kleine schatkist met een minirolletje van deze zijde. Amper zichtbaar maar zo voelbaar. Wij zagen een aantal mensen er voor knielen. Deze doek van de Heilige Familie raakte ons meer dan alle beroemde beelden van Maria die hier aanbeden worden.
Nachtelijk bezoek
Tijdens de eerste nacht in Chartres werd ik gewekt. Ik was ineens klaarwakker. Dat maak ik vaker mee, en soms draai ik me dan weer om en probeer verder te slapen, maar ik voelde nu een bepaalde energie bij me die me alert deed worden en deed afstemmen. Ineens wist ik dat Maria Magdalena een boodschap kwam brengen.
Misschien vraag je je af: “Hoe weet je dat nou dat zij dat is?”. Ik heb hier jarenlang zelf naar gevoeld en ben door allerlei processen heen gegaan, om steeds helderder te krijgen of dit wel zuiver is om te beweren. Inmiddels weet ik dat het om haar bewustzijnsveld gaat; als je daar een diepe, oude verbinding mee hebt, kun je er mee resoneren. Het voelt als omhuld worden door een bijna bovenmenselijke zachtheid. Haar stem sprak in mijn binnenste:
“Do not neglect Peter” (negeer Petrus niet).
Huh? Wat bedoelde ze daar nou mee? Ik moest denken aan een wegwijzer die Vincent en ik hadden gezien toen we Chartres die dag daarvoor binnenreden. We zochten een wegwijzer naar de Kathedraal en zagen een bord langs de weg dat wees naar de ‘St. Pierre’. Nee, dacht ik toen nog, daar hoeven we niet naar toe; ik heb niet zo veel met Petrus. Was hij niet die apostel die moeite met vrouwen had? Ik had nooit zo veel met de Bijbel, maar zoiets had ik onthouden.
Maar deze aanwijzing van Maria Magdalena kwam helder genoeg door om te weten dat we ons er mee moesten verbinden. Dan zou het zich, stap voor stap, wel gaan ontvouwen.
Druïde levens
Vervolgens kreeg ik beelden van Vincent, die in een incarnatie in de zevende eeuw naar Chartres kwam. Toen was dat een plaats waar de Druïden vanuit heel Noord-Europa samen kwamen bij de heilige Bron van de Moeder Godin (er is nog steeds een put aanwezig in de crypte van de Kathedraal). Ik hoorde dat Vincent in dat leven daar ook geweest was, maar hij leefde in een Druïdengemeenschap in Avallon, vlakbij Vezelay.
– We wisten op dat moment eigenlijk nog niks van de geschiedenis van Avallon; daar ontdekten we pas de volgende dag meer over!
Ik begreep dat Vincent toen een jonge Druïde was, die God probeerde te vinden. Maar in de harten van de meeste Druïden kon hij die pure wijsheid niet meer vinden.
De authentieke, gewijde energie in de jaarlijkse Druïde samenkomst had plaats gemaakt voor een mannelijke, hebzuchtige en kermisachtige plaats voor wereldlijke belangen, waar de hoog ingewijde kennis steeds verder te zoeken was. De heilige rituelen die eeuwenlang bewaard waren gebleven, vervormden zich gaandeweg tot lege, betekenisloze spreuken en handelingen.
Vincent probeerde dat leven in Chartres te wijden aan de verbinding met het Goddelijke. Later die dag zou hij zich herinneren dat hij ook in de tweede eeuw in Chartres was geweest. In die tijd was de aarde daar nog doordrenkt met de energie van de Heilige Familie en de Esseense Druidische gemeenschap, die hier hun sporen van hogere wijsheid en liefde hadden achtergelaten. Maar tijdens zijn latere leven in de zevende eeuw trof hij een veel lagere, meer verdichte energie en bewustzijn aan. Hij stierf hier in Chartres op jonge leeftijd.
De Crypte van de Kathedraal
Die ochtend kochten we eerst kaartjes voor een guided tour in de crypte die zich onder de imposante Notre-Dame bevindt. Daar waren we heel benieuwd naar, omdat de vloer van de crypte gebouwd is op een nog veel ouder heiligdom van de eerdere Druïden. We bleken de enige belangstellenden te zijn en doken met een privé-gids de crypte in.
Zijn Frans was moeilijk te volgen, mede vanwege de akoestiek daar in de lege gangen. Tegelijkertijd probeerde we ons dieper te openen en ons af te stemmen, maar dat was lastig, terwijl we ondertussen de man met zijn informatie probeerden te volgen die niet allemaal even belangrijk voor ons was.
De tour eindigde weer bovengronds, in het voorportaal van de Kathedraal. We hadden veel moois gezien, maar beiden voelden we dat het zo nog niet rond was. Daarop vroeg ik aan de gids of het mogelijk is om nog een half uur in stilte in de crypte te verblijven.
“Ah, vous voulez rester avec la Vierge Noire…” zegt de gids (dit is de vervangster van het beroemde beeld van de zwarte Madonna). Zoiets… Dat was volgens hem geen probleem; even buitenom lopen en door hetzelfde deurtje weer naar beneden. “Het deurtje staat nu open, want om 12 uur begint de mis in de crypte”, aldus de gids.
Nou, vooruit dan maar, vinden we. Een kans om pal op het kruispunt van vele leylijnen en in de eeuwenoude energie van de Druïden te kunnen verblijven, die hier hun jaarlijkse grote treffen hadden om de Moedergodin te eren bij de bron, kunnen we niet laten liggen.
Hoe dit verder gaat, lees je in deel II.